Tips om het zindelijkheidsproces te vergemakkelijken
Help je kind het verschil tussen nat en droog te leren. Dat kan je doen door je kind natte en droge zaken te laten benoemen.
Leer je kind woorden aan waarmee het kan aangeven dat het zich nat voelt worden.
Laat je kind ervaren dat er uitwerpselen bestaan, eerst in het lichaam en daarna erbuiten. Laat je kind bijvoorbeeld zien dat ieder dier andere uitwerpselen heeft. Dat kan je gaan bekijken op een kinderboerderij.
Lees samen met je kind een boek over de soorten drollen. Dankzij dat boek kan je peuter misschien makkelijker praten over zijn eigen drollen of over de angstgevoelens die hij heeft om naar het toilet te gaan.
Help je kind drukneigingen te onderscheiden, zowel binnen als buiten hem: wangen blazen, stampen met de voeten, met kracht iemand wegduwen, enz.
Stimuleer het lichaamsgevoel van je kind door middel van spelletjes, knuffels, stoeien, enz.
Bij angst voor “vieze” dingen: speel allerlei kliederspelletjes (met modder, vingerverf, enz.).
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten